Berichten uit Glasgow

vrijdag, 26 November 2021
Nieuws

Tot 12 november waren alle ogen (en hoop) gericht op de Schotse stad Glasgow waar de 26ste VN-Klimaattop (COP26) plaatsvond. Op deze bijeenkomst werd er op mondiaal niveau naar oplossingen gezocht om de klimaatontwrichting tegen te gaan. Een delegatie van het ABVV was aanwezig zodat we alle nieuwe maatregelen konden opvolgen. Met regelmaat van de klok bezorgden zij ons hun indrukken en verwerkten we dit in deze blog.

25 november 2021

Thuis! Al bijna twee weken ondertussen. Het Verenigd Koninkrijk was een rode zone, dus dat betekent testen op dag 1 en op dag 7, en op dag 7 leverde me dat een positief resultaat op (na donderdag ziek te zijn geworden). Vandaar enige vertraging bij deze laatste blog, waarin ik een korte evaluatie wil opmaken van het Akkoord van Glasgow. Symbolisch wel, gezien de grote vertraging die een doortastende strijd tegen de klimaatontwrichting steeds meer oploopt.

Ik zal het dus niet te veel hebben over de talrijke ontmoetingen met Belgische politici tijdens mijn laatste dagen in Glasgow, van parlementairen over partijvoorzitters tot ministers in de verschillende regeringen. Of over mijn uiteindelijke rol op het circus in “GlaSHOW”: was ik nu de clown die de sfeer er moest inhouden op een uiteindelijke vrij triestige want existentiële top, de acrobaat die behendig moest balanceren op de touwtjes tussen planetaire belangen en de belangen van Belgische vakbondsleden (die wel degelijk af en toe kunnen botsen), of de leeuwentemmer die een beetje moest proberen te verhinderen dat de kapitalistische leeuw zowel onze planeet als de mensen op deze planeet verslindt?

Maar wel een evaluatie van het bereikte akkoord dus. We kunnen beginnen met de ambities voor de klimaatontwrichting zelf. Om te beginnen met een positief puntje, het is goed dat het akkoord de doelstelling van 1,5° bevestigt en zelfs in woorden versterkt in vergelijking met het Akkoord van Parijs. Minder goed is dat met de huidige nationale klimaatplannen, de zogenaamde NDCs (Nationally Determined Contributions), de wereld op weg is naar een rampzalige temperatuurstijging van zo’n 2,4°C tegen 2100. Bovendien moeten dan nog alle plannen uitgevoerd worden en zijn er op lange termijn veel vage beloftes over “netto nuluitstoot” zonder duidelijke plannen. Gelukkig is er wel afgesproken om de nationale klimaatplannen volgend jaar opnieuw te bekijken. Het akkoord vermeldt ook – in zeer zwakke taal – dat er minder steenkool moet gebruikt worden. Dat lijkt banaal, maar het is voor het eerst dat een fossiele brandstof expliciet vermeld wordt in een internationaal klimaatakkoord. Over olie en gas wordt echter nog in alle talen gezwegen.

Ook op vlak van internationale solidariteit zijn er zeer kleine stapjes vooruit, zonder dat we van een groot succes kunnen spreken. Internationale klimaatfinanciering was een belangrijk deel van de onderhandelingen. Dat is belangrijk omdat arme landen zeer kwetsbaar zijn voor de klimaatontwrichting en hebben in tegenstelling tot de rijke, Westerse landen quasi niet bijgedragen hebben aan die klimaatontwrichting. Het is dus een kwestie van rechtvaardigheid dat zij geholpen worden in hun klimaatbeleid (“mitigatie”) en hun bescherming tegen de gevolgen van de klimaatontwrichting (“adaptatie”).

In het akkoord van Glasgow wordt “betreurd” dat de belofte van Parijs dat er vanaf 2020 100 miljard dollar naar de ontwikkelingslanden zou gaan niet is gehaald, en er wordt op “aangedrongen” dat rijke landen “dringend” hun belofte van 100 miljard dollar nakomen. Er wordt wel beloofd om het deel dat naar de bescherming tegen de gevolgen van de klimaatontwrichting gaat te verdubbelen. Daarnaast werd er geen akkoord gevonden over een fonds waarmee klimaatrampen in ontwikkelingslanden vergoed kunnen worden (de zogenaamde “Loss and Damage” of “Verliezen en Schade”). Het waren vooral landen als de VS en de EU die zich verzetten tegen een fonds.

Op vlak van de rechtvaardige transitie waren er goede en minder goede punten. Naast de zijverklaring waar ik het al eerder over had, zijn er aantal vermeldingen in het Akkoord van Glasgow naar een “just transition”. Het goede is dat die vermelding er is, op meerdere plaatsen (o.a. ook als het gaat over het verminderen van steenkoolgebruik en diverse keren als het gaat over de uitwerking van het complexe Article 6 van het Parijsakkoord). Het minder goede is dat het allemaal heel vrijblijvend is. Bovendien lijkt het soms een “parapluconcept” te worden, waar iedereen onder kan verstaan wat hij/zij eronder wil verstaan, terwijl het concept van een rechtvaardige transitie moet gaan om de wereld van arbeid en sociale bescherming, en werknemers centraal moet stellen in het proces.

Slotconclusie: is het akkoord voldoende? Verre van! Zoals Bert De Wel van het Internationaal Vakverbond zei: dit is het akkoord dat mogelijk was met 196 partijen, niet het akkoord dat nodig was. Er zijn kleine punten van vooruitgang, onder meer dankzij de massale mobilisaties en druk vanuit de samenleving. De hoop op 1,5 graden blijft in leven. Maar er is veel meer vooruitgang nodig, en die moet uiteindelijk nog steeds op nationaal en regionaal vlak gebeuren. Daar gebeurt het concrete beleid, en daar moeten we vechten voor een rechtvaardige transitie, een democratische economie, en een solidair sociaalecologisch beleid dat niemand achterlaat. Zoals steeds geldt de slogan: “Dit was nog maar het begin, wij gaan door met de strijd.”

9 november 2021

Week 2 van de COP26 is begonnen. Maar voor wie dacht dat ik hier in het afgelopen weekend de toerist kon uithangen met bezoeken aan whiskystokerijen en vooral met whiskyproeverijen: think again.

Zaterdag was er de grote Klimaatmars, met meer dan 100.000 deelnemers, in het kader van de Global Day of Action for Climate Justice. In de woorden van de organisatoren was het een mars voor klimaatrechtvaardigheid, systeemverandering en kracht van onderuit. Er was een groot vakbondsblok, en ook de Klimaatcoalitie liep mee. Greta Thunberg was er ook, maar zij had al op vrijdag gespeecht op de Fridays for Future mars.

Zondag was er dan weer de strategiedag van het Internationaal Vakverbond (IVV). Na een korte nacht – toegegeven, ik had zaterdag dan wel geen whisky gedronken, maar wel wat lokale biertjes – stond ik om 10u paraat om samen met vakbondskameraden van over de hele wereld een hele dag na te denken over een rechtvaardige transitie die werknemers en de vakbondsvertegenwoordigers centraal plaatst.

Ondertussen stapelt het klimaatnieuws zich op, vanuit België en vanop de COP. In België werd er vooral gekeken naar de Vlaamse overheid. Die kwam op donderdag af met een klimaatplan om de CO2-uitstoot met 40% terug te dringen tegen 2030. Dat is niet alleen veel te weinig, maar bovendien werd het sociaal klimaatbeleid “vergeten”. Het plan bevat geen grote investeringen in openbaar vervoer na jaren van uitholling van De Lijn, het bevat geen grote toename van energiezuinige sociale woningen, en geen grote overheidsinvesteringen in collectieve renovatie en hernieuwbare energie.

Het Vlaams Gewest speelt vooral een vertragende rol als het over klimaatbeleid gaat, en blokkeert ook veel Belgische engagementen op internationaal niveau. Zo stelde de Europese Commissie in haar Fit for 55 pakket met klimaatmaatregelen voor dat België de CO2-uitstoot tegen 2030 met 47% zou moeten verlagen (minder dan de buurlanden en de Scandinavische landen). Vlaams Minister Zuhal Demir (N-VA) stelde zaterdag echter in het Belang van Limburg dat België in Europa moet eisen dat de doelstelling van 47% tegen 2030 voor België verlaagd wordt. Ze zegt dat België te grote inspanningen moet doen in vergelijking met landen als Bulgarije en Roemenië. Schaamteloos, als je weet dat het inkomen per inwoner in Roemenië maar één vierde, en in Bulgarije zelfs minder dan één vijfde bedraagt van het inkomen per inwoner in België. Internationale solidariteit, en internationale verantwoordelijkheid, staan blijkbaar niet in het woordenboek van N-VA en de collega’s in de Vlaamse regering. Het gevolg is, zoals Yelter Bollen van de BBL, ook hier aanwezig, duidelijk stelt voor Knack: “De som van klimaatplannen van ons land is simpelweg te weinig om van ons land een geloofwaardige voortrekker te maken, hier in Glasgow.”

Natuurlijk is klimaat niet enkel een kwestie van ongelijkheid tussen landen, maar ook van ongelijkheid binnen landen. Ten eerste heeft niet iedereen even veel te zeggen over de economie. De grote aandeelhouders bepalen de koers van de bedrijven en zijn dan ook in de eerste plaats verantwoordelijk voor de vervuilende activiteiten van die bedrijven. Als gewone werknemer heb je daar in een kapitalistische economie helaas weinig over te zeggen.

Ten tweede is er ook een groot verschil als je kijkt naar de ecologische voetafdruk van de consumptie. De rijken hebben een veel grotere luxeconsumptie dan de armen, zowel in Westerse landen als in ontwikkelingslanden. Oxfam bracht net een nieuwe studie uit, waaruit blijkt dat de levensstijl van de rijkste 1% een zeer grote uitstoot van broeikasgassen veroorzaakt, meer dan het dubbele van alle uitstoot van de consumptie van de armste 50% ter wereld. Zakenkrant Financial Times, niet meteen een communistisch bladje, schrijft dat hoge belastingen op de luxeconsumptie van die rijken niet voldoende zijn, en dat regeringen ook harde limieten moeten plaatsen op bijvoorbeeld privévluchten of privézwembaden.

Met andere woorden: de klimaatkwestie is een klassenkwestie, de klimaatcrisis is een ongelijkheidscrisis, we willen geen climate change maar system change!

5 november 2021

Week 1 van de COP26 zit er bijna op. De vermoeidheid slaat al toe. Eén van de redenen was dat ik woensdag om 7u paraat stond aan het piket van de stakende afvalophalers in Glasgow, waar we met een groep van de op de Klimaattop aanwezige vakbondsmensen onze solidariteit gingen betuigen.

Voldoende koffie helpt om de dagen door te komen zonder tijdens één van de vergaderingen of workshops in slaap te vallen. Helaas staan er soms lange rijen bij de kraampjes waar ze die koffie verkopen. Maar gelukkig is er gratis koffie aan het Australische paviljoen. Australië bracht dan wel geen serieus klimaatplan mee naar Glasgow – het kreeg zowel op 1 als op 2 november een prijs voor “Fossiel van de Dag” als één van de klimaatschurken – maar gelukkig wel twee sympathieke barista’s!

Voor een echte evaluatie is het natuurlijk veel te vroeg, maar op sommige vlakken beweegt er wel wat. Zo bracht de High Ambition Coalition op 2 november een statement uit waarin ze onder meer nogmaals oproepen om de klimaatopwarming te beperken tot 1,5°C, en om veel meer klimaatfinanciering te voorzien voor ontwikkelingslanden. Wat ontbreekt in het statement – naast een Belgische handtekening zoals ik in een vorige blog al aangaf – is een verwijzing naar een rechtvaardige transitie. There can be no high ambition without a just transition!

Gelukkig verscheen er ondertussen op donderdag wel de verklaring voor een rechtvaardige transitie, of in de officiële term “Supporting the Conditions for a Just Transition Internationally”. En toegegeven: de verklaring is alvast niet slecht. De landen beloven:

  1. om werknemers te steunen in de transitie naar nieuwe jobs;
  2. om sociale dialoog centraal te zetten in de opmaak van plannen voor een rechtvaardige transitie;
  3. om bredere economische strategieën op te stellen;
  4. om waardig werk te promoten;
  5. om te zorgen dat mensenrechten in de hele productieketen over de hele wereld gerespecteerd worden; en
  6. om over hun inspanningen voor een rechtvaardige transitie te rapporteren in de NDCs (de klimaatplannen die moeten worden voorgelegd aan de VN).

België is één van de ondertekenaars van de verklaring, wat betekent dat we met het ABVV deze verklaring altijd zullen kunnen gebruiken om de regering te herinneren aan de engagementen in deze verklaring.

Een ander positief nieuwtje rond de rechtvaardige transitie is de verklaring rond een rechtvaardige transitie in de energiesector in Zuid-Afrika. In deze verklaring beloven Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, de VS en de EU om Zuid-Afrika te helpen om de vergroening van hun elektriciteitssector te versnellen, met aandacht voor en steun aan de getroffen werknemers en gemeenschappen door de geleidelijke sluiting van de steenkoolmijnen. In een meeting die we met de Klimaatcoalitie op donderdag hadden met Minister van Energie Tinne Van der Straeten, gaf ik dan ook aan dat de rechtvaardige transitie in de Zuid-Afrikaanse elektriciteitssector niet alleen steun verdient, maar ook een mooi voorbeeld kan zijn voor andere landen.

De Zuid-Afrikaanse president Ramaphosa schreef ook over een rechtvaardige transitie in de Britse krant Financial Times (een beetje de Britse De Tijd, maar met regelmatig toch iets minder conservatieve standpunten dan De Tijd). Hij schreef: “But the only way for a transition to be successful is if there is broad commitment to a transition that is just — a journey to net zero that leaves no one behind. The needs of workers and communities in industries and geographies that will be hurt by such a transition must be carefully considered. Organised labour, business and government need to develop programmes of reskilling, employment, compensation for loss of livelihoods, and other support to ensure workers are the major beneficiaries of our shift to a greener future.” Dat verdient applaus!

Meer applaus is op zijn plaats voor de geweldige speech die Mia Mottley, de eerste minister van Barbados, gaf. Ik raad aan om de hele speech op YouTube te bekijken, maar mijn favoriete zinnen uit de speech, waarin ze de leiders van alle landen ter wereld aansprekt: “If our existence is to mean anything, then we we must act in the interest of all of our people, who are dependent on us. And if we don't, we will allow the path of greed and selfishness to sow the seeds of our common destruction.” Een aanklacht tegen de hebzucht en het egoïsme van ons kapitalistisch economisch systeem, dat winst laat voorgaan op mensen en planeet. Mottley behoort dan ook niet toevallig tot de Barbados Labour Party!

2 november 2021

Dinsdag was de dag dat onze premier Alexander De Croo de COP26 en dus ook de wereld mocht toespreken. Naast de dagelijkse gewoontes - bijeenkomst van het Internationaal Vakverbond (IVV) via Zoom, dagelijkse zelftest, voorbij de veiligheidscontroles geraken - stond de dag dus voor een belangrijk deel in het teken van wat onze premier zou vertellen. We reageerden met het ABVV op de speech, maar ook met de Klimaatcoalitie, de groepering van meer dan 90 organisaties waaronder het ABVV en de andere Belgische vakbonden.

Het goede aan de speech was dat De Croo de urgentie benadrukte van de klimaatcrisis. "There is really no time to lose. We are behind schedule and need to pick up the pace", zo sprak de premier.

Maar voor mij overheersten toch eerder de mankementen. Ten eerste blijft het wat België betreft toch bij veel Blah Blah Blah, om de klimaatactiviste Greta Thunberg te citeren. We behoren nog altijd tot de slechtere leerlingen van de klas wat klimaatbeleid betreft. We zijn geen lid van de High Ambition Coalition, een coalitie van landen die zich inzet voor een ambitieuzer klimaatbeleid. We konden (vanwege een gebrek aan engagementen van de gewesten) geen concreet bedrag aankondigen dat België zal betalen als internationale klimaatfinanciering om de ontwikkelingslanden te helpen om te strijden tegen en zich aan te passen aan de klimaatontwrichting. En er is nog steeds geen akkoord tussen de verschillende gewesten en de federale overheid over de verdeling van de inspanningen om de Belgische CO2-uitstoot tegen 2030 met 47% terug te dringen. "Now it is time for action", zei De Croo. Geen woorden, maar daden, zingen wij met het ABVV, maar die daden zien we nog veel te weinig terug in het Belgische beleid.

Ten tweede sprak De Croo vooral over innovatie en technologische oplossingen. Natuurlijk zijn we blij met nieuwe, duurzamere technologieën en innovaties die de economie, de werknemers en het klimaat vooruithelpen. Maar alleen rekenen op technologische innovaties waarvan we nog niet zeker zijn dat ze er zullen komen in de toekomst, is gevaarlijk en slecht klimaatbeleid. Er bestaan veel oplossingen die ook nog eens sociaal rechtvaardig zijn, en die vandaag een verschil kunnen maken. Zoals we met de Klimaatcoalitie stelden: "Er moeten dringend concrete en krachtige maatregelen worden genomen, gericht op een omwenteling in onze manier van produceren en consumeren."

Ten derde ontbrak het concept van een "rechtvaardige transitie" of een "just transition" volledig in het discour van de premier. Zo'n rechtvaardige transitie plaatst werknemers centraal, met aandacht voor sociale dialoog en werknemersinspraak, een betere sociale bescherming, goed, groene jobs, onderwijs en opleiding, en publieke investeringen in sociaal rechtvaardige oplossingen. België is met zijn sociaal model (onze sociale zekerheid!) en onze geschiedenis van sociale dialoog, uniek geplaatst om het goede voorbeeld te geven. We zouden aan andere landen kunnen tonen hoe een rechtvaardige transitie met inspraak van werknemers vormgegeven kan worden. Maar we hebben nog zelfs geen begin van plan voor een rechtvaardige transitie op nationaal plan. En we maken dus helaas ook geen reclame op internationaal niveau voor ons sociaal model en onze sociale dialoog.

De volgende dagen komen er meer gesprekken en workshops met de collega's van de vakbonden uit andere landen (onder het motto "Workers of the world, unite!"). Maar daarover later meer, nu eerst tijd voor eten en drinken om energie te tanken voor de volgende dagen. Want bij het ABVV zijn we er absoluut van overtuigd dat energie een primaire basisbehoefte is, en voldoende energie is hier op de COP26 absoluut nodig om de drukte en het gebrek aan slaap te overleven! 

1 november 2021

Zondag vertrok ik naar de jaarlijkse Klimaattop – dit jaar beter bekend als COP26 – in Glasgow. Ik ging uiteraard niet met de privéjet, zoals voormalig energieminister Marghem in 2018 van België naar de Klimaattop in Polen, maar wel met de trein.

Maandag was dan de eerste dag als deelnemer aan de COP26. De administratieve verplichtingen – zelftest, resultaat indienen via de website van de Britse publieke gezondheidsdienst NHS, door de beveiliging, badge ophalen aan de balie – gingen vlot. De eerste dagen zijn de wereldleiders aanwezig. Zo waren er speeches van de Britse premier Boris Johnson (helaas niet de socialist Jeremy Corbyn die eind 2019 de verkiezingen verloor), van de Amerikaanse president Joe Biden, en van VN Secretaris-Generaal Antonio Guterres.

Dat betekent dat de dagelijkse ochtendlijke bijeenkomst met de vakbondsafgevaardigden uit andere landen, gecoördineerd door het Internationaal Vakverbond, doorging in de gebouwen van de Britse vakbond Unite. Zelf volgde ik via Zoom, aangezien ik al vroeg binnen de officiële blauwe zone van de Klimaattop was geraakt, om lange wachtrijen aan de security te vermijden. Nog even wachten om mijn internationale collega’s te ontmoeten dus, en met hen te coördineren hoe we op deze COP kunnen strijden voor een rechtvaardige transitie die niemand achterlaat.

Wie ik wel kon ontmoeten was de Belgische premier Alexander De Croo. Hij moet hier ook speechen, en maakte een half uurtje vrij voor de Klimaatcoalitie, een groepering van meer dan 90 organisaties waaronder het ABVV en de andere Belgische vakbonden. Het was een constructief gesprek, maar toch blijf ik samen met de Klimaatcoalitie op mijn honger zitten (ondanks de vele eetmogelijkheden op de COP26). België speelt zeker geen voortrekkersrol bij de internationale onderhandelingen. Intern is er nog geen akkoord over de verdeling van de inspanningen om de Belgische CO2-uitstoot tegen 2030 met 47% terug te dringen. En ook al heeft de federale regering de internationale klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden verhoogd, doordat de regio’s achterblijven, is er geen interfederale, Belgisch cijfer voor die internationale klimaatfinanciering.

Vooral de Vlaamse regering blijft dwarsliggen, ook al zijn er ook daar nu gesprekken bezig om de inspanningen op te drijven. Dat is deels dankzij de schoolstakingen van Youth for Climate (ik ontmoette hier in Glasgow ook Anuna De Wever en co al even) en dankzij de mobilisaties in Brussel, zoals de laatste Klimaatbetoging op 10 oktober, waaraan ook het ABVV deelnam als lid van de Klimaatcoalitie. Dat gaf de premier zelf aan in het gesprek: zonder druk van onderuit, en de druk in het maatschappelijke debat, zou klimaat nooit zo’n belangrijk thema zijn voor de verschillende regeringen.

Met het ABVV blijven we dan ook duwen! Maar we zullen vooral ook blijven duwen zodat het klimaatbeleid sociaal rechtvaardig zal zijn, en zodat een rechtvaardige transitie met een fundamentele rol voor werknemers centraal komt te staan. Maar daarover meer ergens de komende dagen!

Sacha Dierckx
Economisch adviseur studiedienst ABVV